Een borstvergroting is bedoeld voor vrouwen die een verbetering wensen van hun boezem. Als u verder gezond bent en een realistisch verwachtingspatroon hebt, bent u mogelijk een kandidate voor deze ingreep. De keuze voor het laten uitvoeren van een borstvergroting is een persoonlijke beslissing. Het beïnvloedt uw zelfvertrouwen, uw voorkomen, uw toekomst en uiteindelijk uw welzijn. Anderen kunnen u misschien wel raad geven, maar de uiteindelijke beslissing ligt bij u zélf en mag nóóit op aandringen van anderen genomen worden.
Vooraleer u een dergelijke ingreep laat uitvoeren, dient u over goede informatie te beschikken. U heeft immers bepaalde verwachtingen en u wilt niet teleurgesteld worden. U wilt dat uw borstvergroting zo aantrekkelijk mogelijk is, en dat het zo goed mogelijk bij u past. Daarom is informatie erg belangrijk. Deze informatie kan u overal vinden, doch vaak wordt het moeilijk om het bos door de bomen te zien.
In de volgende hoofdstukken vindt u informatie die wij belangrijk vinden als u een wens hebt tot borstvergroting. Deze informatie geeft u een globaal overzicht. Ook de mogelijke complicaties en veiligheidsaspecten worden besproken, omdat u niet alleen grondig over de voordelen van borstvergroting moet worden ingelicht, maar ook over de risico’s en nadelen dient te kennen alvorens u een beslissing neemt.
Desalniettemin, voor de uiteindelijke beslissing en een persoonlijk advies, dient u steeds uw plastisch chirurg te raadplegen.
De borst bestaat uit vetweefsel, klierweefsel, melkwegen, bloedvaten, zenuwen en lymfeklieren, bedekt door onderhuids vetweefsel en de huid. Diep van de borst, tegenaan de ribben, ligt de pectoralis major spier of de grote borstspier. Een borstimplantaat kan (gedeeltelijk) onder of boven deze spier worden geplaatst. Dit is afhankelijk van de dikte van het borstweefsel (vet- en klierweefsel) en de mogelijkheid van dit weefsel om het borstimplantaat volledig te bedekken.
Borsten komen rond het 11de-12de levensjaar tot ontwikkeling. Gedurende de hele vruchtbare periode van een vrouw zijn haar borsten aan verandering onderhevig. Na de menopauze houdt die ontwikkeling op. Jonge borsten bestaan uit veel klierweefsel en weinig vetweefsel. Daardoor zijn ze stevig. Het klierweefsel maakt geleidelijk plaats voor vetweefsel dat minder stevig is. Hierdoor worden borsten in de loop van de tijd wat slapper. Ook zwangerschap en borstvoeding hebben invloed op de vorm van de borsten. Naarmate uw leeftijd vordert, zal door de zwaartekracht het bovenste gedeelte van uw borst leger of platter worden. Hierdoor ontstaat een meer hangende vorm van uw borst. De borsten zelf bevatten geen spierweefsel dus oefeningen om de borsten te vergroten of om vorm te verbeteren, zijn niet effectief.
Een borstimplantaat of borstprothese bestaat uit een siliconen omhulsel met een vulling. De vulling is een siliconen gel of een zoutwater-oplossing. Er bestaat ook een combinatie van beiden. Het jongste type siliconen gel is een "cohesieve" gel die er voor zorgt dat de vorm van het implantaat beter behouden blijft, maar ook dat het was vaster en harder aanvoelt. Siliconen gel en een zout-wateroplossing zijn de meest bekende en bestudeerde vulmaterialen en hebben elk hun voor en nadelen. Uw arts kan u meer vertellen over elk vulmateriaal.
Ook het siliconen omhulsel waarin het vulmateriaal zich bevindt, kan variëren. Het oppervlak kan ruw of glad. Het borstweefsel rond het implantaat reageert op de aanwezigheid van dit implantaat door littekenvorming. Zo wordt een kapsel gevormd rond de prothese. Kapselvorming is dus een normale reactie van de weefsels rondom de prothesen, maar de dikte van het kapsel hangt af van uw eigen lichaamsreactie en het oppervlak van de prothese (ruw of glad). Bij borstimplantaten trekt het kapsel soms samen, wat harde en pijnlijke borsten kan veroorzaken. Bij een ruw oppervlak van de prothese is een zekere weefselingroei mogelijk, waardoor de kans op kapselsamentrekking kleiner is.
Elke vrouw is uniek, geen enkele borst is dus identiek en elke vrouw heeft haar persoonlijke voorkeur. Daarom bestaan er verschillende implantaten. Deze kunnen niet alleen in grootte verschillen, maar ook in vorm.
De insnede voor het inbrengen van een prothese kan geplaatst worden in de huidplooi onder de borst, doorheen de tepel, rond het tepelhof of in de oksel. De keuze van insnede hangt onder meer af van uw persoonlijke voorkeur, de plaats waar het implantaat dient te komen, de vorm van uw borsten en het soort implantaat. Uw chirurg kan u meer uitleggen over de verschillende technieken en methoden en samen met u besluiten welke voor u de beste en meest geschikte manier is. Een insnede in de huidplooi onder de borst geniet doorgaans de voorkeur, aangezien deze locatie het minst risico op infectie geeft.
Het implantaat ligt dan tussen de borstklier en de borstspier. Dit wordt enkel uitgevoerd indien er voldoende klierweefsel en vetweefsel aanwezig is om het implantaat voldoende te bedekken.
Eenmaal er gekozen is voor een bepaalde vorm van het implantaat, en de vermoedelijke locatie (boven of onder de grote borstspier) is besproken, rest nog de vraag hoe groot u wenst dat de borst wordt. U zal waarschijnlijk een maat verkiezen die bij uw figuur past. De meeste vrouwen willen terug naar de vollere, stevigere borsten die ze vroeger hadden, of willen grotere borsten die meer in verhouding zijn met hun figuur.
Veel vrouwen denken aan borstgrootte in de termen van de maat van hun BH. Bijvoorbeeld indien u momenteel een A-cup heeft, zou u waarschijnlijk na de vergroting graag een B-cup of een C-cup willen hebben. Maar dat is niet de enige overweging. U kunt misschien ook denken aan het verminderen van de ruimte tussen uw borsten of hoe u uw borsten beter in verhouding kunt brengen met de vorm van uw lichaam. Het is belangrijk om uw ideeën met uw chirurg te bespreken, zodat hij of zij daarmee rekening kan houden wanneer de grootte en de vorm van het implantaat worden gekozen.
Om een goed resultaat te verkrijgen, moeten uw nieuwe borsten een natuurlijk geheel vormen met uw lichaam. Borstomvang, -hoogte en -projectie zijn allemaal factoren die dienen mee te spelen in uw overweging. De omvang van uw borsten zal mede de ruimte tussen uw borsten (uw decolleté) bepalen. De borstomvang bepaalt eveneens de buitenste ronding van de borst. Maak aan uw chirurg uw wensen duidelijk zodat hij of zij weet welke de gewenste vorm en grootte van uw nieuwe borsten zijn. Natuurlijk kan niet altijd aan uw wensen voldaan worden en zult u voor een groot gedeelte uw chirurg moeten vertrouwen. Realiseert u zich steeds dat een borst in de eerste plaats mooi, en in verhouding tot de rest van uw lichaam dient te zijn. De grootte op zich, komt op de tweede plaats. Bijkomend dient u rekening te houden dat élke borst uniek is, en het dus niet mogelijk is resultaten met elkaar te vergelijken.
Vaak wordt ons gevraagd welk volume er zal geplaatst worden. Soms vragen patiënten ons zelfs om een prothese met een bepaalde hoeveelheid (cc) te plaatsen. Dit is echter een verkeerde benadering; datgene wat de vorm van uw borst het meest zal beïnvloeden, is de projectie van de prothese, en niet het volume. Welke prothese het beste bij uw lichaam past en het meest voldoet aan uw eisen van postoperatieve projectie, wordt bepaald aan de hand van de afmetingen van uw huidige borst en borstkas. Daarom zal uw chirurg hier heel wat aandacht aan besteden tijdens het klinisch onderzoek.
De grootte van de implantaten kan worden beperkt door de kenmerken van uw borstweefsel en de elasticiteit van de huid. Er dient voldoende elastische huid aanwezig zijn om het gewenste implantaat volledig te bedekken. Implantaten die te groot zijn voor de beschikbare hoeveelheid huid en borstweefsel kunnen zichtbaar of voelbaar blijven onder de huid (o.v.v. rimpels). Dat kan het effect dat u wenst te bereiken, negatief beïnvloeden. Bovendien hebt u meer kans op complicaties. Ook na een borstvergroting staat het lichaam bloot aan het normale verouderingsproces en zal het uitzicht van de borst na verloop van jaren veranderen. Uw chirurg zal elke beperking verder kunnen verklaren.
Los van elk gesprek over borstomvang en vorm, zal uw chirurg er eerst zeker van willen zijn dat u in algemeen gezond bent. Samen met u worden de voordelen van de borstvergroting afgewogen tegen de mogelijke risico’s in uw specifiek geval. Hoewel een borstvergroting, vergeleken met andere chirurgische ingrepen, als veilig en betrouwbaar gekend staat en zeker geen zware heelkundige ingreep betekent, zijn aan elke operatie risico's verbonden. Als er zelfs maar de geringste aanwijzing is dat uw conditie het genezingsproces nadelig kan beïnvloeden, of als een operatie uw gezondheid zou kunnen schaden, dan zal de chirurg u hierover informeren en besluiten u niet te opereren vooraleer deze risicofactoren verholpen zijn. Infecties, bepaalde hart- of longaandoeningen, sommige chronische ziekten, bepaalde medicijnen en roken kunnen een reden zijn om u niet te opereren. U dient uw chirurg alle inlichtingen over uw gezondheidstoestand mee te delen.
Voor elke operatie wordt uw gezondheidstoestand ook gescreend door de anesthesist (narcotiseur). Mogelijk zullen voor de ingreep een aantal aanvullende onderzoeken uitgevoerd worden, zoals een elektrocardiogram (ECG), radiografie van de longen of een bloedonderzoek.
's Ochtends wordt u opgenomen in het ziekenhuis. U brengt zelf de sportbeha mee die de chirurg heeft voorgesteld. Uw chirurg zal even voor de ingreep aftekeningen maken op uw lichaam. Op dit ogenblik kan u ook uw laatste vragen kwijt. Na het starten van de narcose, wordt de huid ontsmet en afgedekt met steriele doeken. Via de insnede maakt de chirurg de holte vrij waarin het implantaat zal worden geplaatst; hetzij onder de spier, hetzij onder de borstklier (zie hoger). Een drainagebuisje ('redon' of 'drain') wordt slechts zelden geplaatst. De huid wordt onderhuids gehecht in meerdere lagen. Ter hoogte van de insnedeplaats en de plooi onder de borst zal papieren kleefpleister aangebracht worden. Hierboven wordt de sportbeha aangepast. Eenmaal wakker, verblijft u nog een tweetal uur in de ontwaakzaal ('recovery'), waarna u terug naar uw kamer wordt gebracht.
Enkele uren na de ingreep zal de chirurg u op de kamer komen bezoeken. Indien u zich goed voelt, kan u het ziekenhuis verlaten. Bij uw ontslag wordt er onmiddellijk een afspraak geregeld om een tweetal weken later elkaar terug te zien. U krijgt ook de ontslagpapieren mee, met een attest voor de thuisverpleegkundige, de nodige voorschriften voor pijnmedicatie, en de postoperatieve instructies.
De papieren kleefpleister onder de borst dient ter plaatse te blijven tot de eerstvolgende afspraak. De sportbeha draagt u dag en nacht gedurende de eerste zes weken.
Wanneer de implantaten onder de borstspier worden geplaatst, is de ingreep meestal wat pijnlijker. Dit is voornamelijk het geval de eerste dagen na de ingreep. De pijnen kunnen opgevangen worden met voldoende pijnstilling. De eerste dagen na de ingreep kan u ook een gespannen gevoel hebben in de borsten. Ze voelen vrij hard aan, en zijn wat pijnlijk bij aanraking. Deze klachten zullen geleidelijk aan verminderen. De huid dient zich de volgende weken aan te passen aan de nieuwe borstomvang. De borsten zullen gradueel ook veel zachter worden dan de eerste dagen na de ingreep. Dit hele proces heeft ongeveer een zestal weken nodig.
Op de eerste postoperatieve afspraak wordt de kleefpleister verwijderd. Ook de uiteinden van de hechtingen worden afgeknipt. Dit is pijnloos. Na inspectie van de wonden, zullen deze opnieuw met kleefpleister worden afgeplakt.
De pleister kan om de vier dagen door uzelf vervangen worden, en dient aangebracht te worden tot zes weken na de ingreep. Vervang deze pleisters NIET elke dag, u kan zo een allergie ontwikkelen. Mocht u toch allergisch reageren (roodheid en jeuk rond de kleefpleister), stopt u hiermee. De wonde dient dan niet meer bedekt te worden. U mag met de kleefpleisters douchen, ze zullen normaliter ter plaatse blijven. Een bad waarbij u het hele lichaam onder water wil dompelen, kan u pas nemen na een zestal weken.
Het dragen van een stevige BH, dag en nacht, is de eerste zes weken sterk aangewezen. Na deze zes weken, kan u de beha 's nachts al eens uitlaten, maar overdag dient u zoveel als mogelijk de beha te blijven dragen tot een drietal maanden na de ingreep.
Indien er zich in het postoperatieve verloop onverwachte dingen voordoen, die u niet vertrouwt, zoals koorts, een zichtbare zwelling (één borst die veel groter wordt dan de andere), ongewone pijn of roodheid, gelieve dan onmiddellijk uw arts te raadplegen.
Een borstvergroting is een heelkundige ingreep. Bijgevolg is er een kans op complicaties of bijwerkingen, zoals bij elke operatie. Effecten van de narcose, wondproblemen, bloeduitstortingen, infectie, zwelling en een gestoord genezingsproces kunnen optreden bij elke operatie. Hiermee dient u steeds rekening te houden. Deze verwikkelingen zijn gelukkig zeldzaam. Een borstvergroting is een veilige, betrouwbare ingreep en verloopt doorgaans zonder enige verwikkeling.
Indien u bij het lezen van deze pagina’s nog vragen hebt, aarzel dan niet ze aan uw chirurg te stellen. Deze informatie kan immers niet volledig zijn en misschien hebt u ook specifieke problemen. Uw chirurg zal u graag alle inlichtingen verstrekken.