Limburgse onderzoeksteams op Europees Congres van Hartfalen

Van 20 tot 23 mei vond in Praag het jaarlijkse Europees Congres van Hartfalen (HFA) plaats, georganiseerd door de European Society of Cardiology (ESC). Op het druk bijgewoonde congres, waarvan het wetenschappelijk programma dit jaar onder leiding stond van prof. dr. Wilfried Mullens (ZOL, UHasselt), werden belangrijke, nieuwe wetenschappelijke bevindingen gepresenteerd. Hierbij ook bijdragen van verschillende Limburgse teams. 

De Limburgse teams zijn nauw betrokken bij de Clinical Trial Unit (CTU) ZOL, ZOL-Cardiologie, UH (Universiteit Hasselt) en LCRC (Limburg Clinical Research Center). Deze organisaties speelden een cruciale rol als drijvende krachten achter het succes van het onderzoek. 

De studie, genaamd ENACT (Efficacy of a Standardized Diuretic Protocol in Acute Heart Failure Study), werd tijdens het congres als een van de meest belangrijke onderzoeken beschouwd. De studie werd voorgesteld door dr. Jeroen Dauw, MD, tot recent Phd student cardiologie UHasselt-ZOL onder leiding van prof. dr. Mullens. Hij presenteerde een pragmatische trial die wereldwijd werd uitgevoerd in 19 landen in Europa, Afrika, Azië, Zuid- en Noord-Amerika. Een opvallend aspect van deze studie was dat ze helemaal geen kosten met zich meebracht en volledig werd opgezet door het onderzoeksteam in samenwerking met de CTU ZOL. 

Het hoofddoel van de ENACT-studie was het vergelijken van twee verschillende strategieën voor het toedienen van plasmedicatie bij patiënten die waren opgenomen met gedecompenseerd hartfalen. In de eerste fase van het onderzoek werd de standaardbehandeling toegepast volgens de gebruikelijke praktijk van de behandelende artsen. In de daaropvolgende fase werd een schema, gebaseerd op het meten van het zoutgehalte in de urine tijdens de toediening van plasmedicatie. Dit nieuwe schema leidde tot meer aanpassingen in de diuretische behandeling en vaker werd acetazolamide toegevoegd. 

De resultaten van de ENACT-studie waren overtuigend en toonden aan dat patiënten bij het aangepaste protocol aanzienlijk meer water en zout konden uitscheiden, wat resulteerde in een verkorte duur van de ziekenhuisopname. Dit is een belangrijke bevinding, aangezien het geteste protocol gemakkelijk toepasbaar is en daardoor een betere respons oplevert. De onderzoekers hopen de verkregen data binnenkort te kunnen publiceren in een gerenommeerd tijdschrift. Momenteel is het artikel in review bij Circulation. 

Dr. Sebastiaan Dhont, PhD-student cardiologie aan UHasselt-ZOL onder leiding van dr. Philippe Bertrand, presenteerde een subanalyse van de ADVOR-studie, die vorig jaar werd gepubliceerd in het New England Journal of Medicine. Voor zijn uitmuntende werk kreeg hij de Clinical Young Investigator Award, een prestigieuze prijs voor jonge onderzoekers op het congres. Het is een buitengewone prestatie, gezien het feit dat er meer dan 1.500 inzendingen waren voor abstracts. 

In zijn analyse toonde dr. Sebastiaan Dhont aan dat het gebruik van acetazolamide bovenop lisdiuretica in de ADVOR-trial niet leidde tot verstoringen van het zoutgehalte. Dit is van groot belang, omdat andere combinaties van diuretica wel aanzienlijke stijgingen in zoutstoornissen veroorzaakten. Deze stoornissen worden niet alleen als hinderlijk ervaren door patiënten, maar zijn ook gekoppeld aan langere ziekenhuisopnames en zelfs een verhoogd risico op sterfte. De resultaten van Sebastiaan Dhonts analyse werden inmiddeld gepubliceerd in the European Journal of Heart Failure en zullen naar verwachting de acceptatie van acetazolamide, zoals getest in de ADVOR-studie, verder bevorderen. 

Dit is een belangrijke stap voorwaarts in ons begrip van de optimale behandeling van hartfalen en biedt waardevolle inzichten voor klinische praktijken. Het werk heeft een significante bijdrage geleverd aan het bevorderen van de kennis op dit gebied. 

Meer info via de hashtag #HeartFailure2023 op Twitter.