'Samenwerking met eerste lijn cruciaal in bestrijding COVID-19'

De grote toestroom van Covid-19 patiënten in verschillende golven had een zeer zware impact. Vooral op Spoedgevallen, Intensieve Zorgen, het Operatiekwartier en op verschillende hospitalisatieafdelingen was het effect groot. 

Zowel het uitwerken van het opvangbeleid voor Covid-19-patiënten als het ontwikkelen van een dubbele patiëntenstroom, had heel wat voeten in de aarde omdat we niet concreet wisten wat ons te wachten stond. Een grote uitdaging was de opschaling van het aantal Covid-bedden op de hospitalisatieafdelingen en op Intensieve Zorgen. Dit werd dagelijks opgevolgd door de coördinatiecel. 

Progressief werden er meerdere COVID-19-afdelingen geopend. In het begin van de pandemie werden jongere en oudere patiënten gezamenlijk opgenomen. Daarna werd beslist om de ouderen apart te leggen omwille van hun specifieke profiel en de hiermee gepaard gaande multidisciplinaire noden. 

Het was een grote hulp dat de pneumologen en de geriaters hulp kregen van de cardiologen, de endocrinologen, nefrologen en gastro-enterologen op de COVID-19-afdelingen. De solidariteit bij de zorgverleners was zeer groot. Ik wil hierbij benadrukken dat iedereen heel erg meedacht en heel flexibel was. Daarbij heeft de ervaring met onze JCI-accreditatie ons zeker geholpen om zeer snel te kunnen schakelen. 

Het screeningsbeleid, waarin ziekenhuishygiëne een belangrijke rol gespeeld heeft, was één van onze belangrijke bekommernissen. Er werd een screeningsbeleid uitgewerkt tijdens de acute fase en daarna voor de heropstartfase van de reguliere activiteit. Met een online vragenlijst hebben we geprobeerd COVID-19-positieve en -negatieve patiënten te triëren en konden we de vinger aan de pols te houden. 

Erg verrijkend was de intensieve samenwerking met de eerste lijn en onze netwerkziekenhuizen. Alle Limburgse ziekenhuizen waren zwaar belast door het hoge aantal besmettingen in de provincie. Samen met de eerste lijn hebben we de test drive in georganiseerd en tussen de CRA-artsen en onze geriaters was er wekelijks overleg over het beleid in de woonzorgcentra. 

Om alle neuzen in dezelfde richting te houden, hebben we zeer sterk ingezet op interne communicatie. Er was ook een permanente afstemming met de artsen. Met de arts-coördinatoren zaten we verschillende keren per week samen zodat ze konden meedenken over allerlei beleidsvraagstukken en problemen met betrekking tot de COVID-19-diagnostiek, het organiseren van de flows op Spoed, het screeningsbeleid enz.

Door de inzet en flexibiliteit van onze artsen, verpleegkundigen, paramedici en alle andere medewerkers en de onderlinge solidariteit hebben we uitmuntende zorg kunnen leveren voor onze COVID-19-patiënten en daar ben ik erg trots op.

Hoewel Covid-19 een enorme impact had op de werking van de medische diensten, hebben we in 2020 toch heel wat kunnen realiseren. We hebben ingezet op een aantal kwaliteitsverbeterende projecten zoals het verkorten van de wachttijd op de Spoedgevallendienst. Een aantal medische diensten heeft zich versterkt door het aantrekken van nieuwe artsen. Ik denk hierbij aan de diensten Neurologie, Pneumologie en Abdominale Heelkunde.

Ook nieuwe multidisciplinaire samenwerkingen zagen het afgelopen jaar het licht. Mooie voorbeelden hier zijn de Obesitaskliniek, het Transgendercentrum en het initiëren van het Zorgcentrum voor slachtoffers van seksueel geweld. 

Tot slot zijn we trots op de verdere uitbouw van onze Clinical Trial Unit (CTU) en de professionalisering van ons klinisch wetenschappelijk onderzoek alsook de uitbouw van nieuwe platformen voor het verzamelen van klinische data uit ons HiX-EPD.

Buiten het Covid-beleid heeft het medisch departement ook de fusie met ZMK voorbereid. Als voorbereiding op de fusie met ZMK op 1 januari 2021 hebben we het afgelopen jaar ingezet op een medisch strategisch plan van het ‘nieuwe’ ZOL. Al heel wat medische diensten werken intussen al nauw samen of hebben een overkoepelende associatie opgericht.

Het is belangrijk dat iedereen begrijpt dat we één ziekenhuis zijn. Diensten als bijvoorbeeld Abdominale Heelkunde, Orthopedie en Anesthesie hebben hierin het voortouw genomen door al snel samen te werken en de verschillende pathologieën over de verschillende campussen te verdelen. Het is onze taak om die filosofie ook naar alle andere medische diensten uit te dragen.

Er is een algemeen medisch strategisch plan uitgeschreven waarmee we de voetafdruk van ZOL in de regio Maaseik verder willen verstevigen, met een beleidskader voor de uitbouw van de raadplegingsactiviteiten, de OK-activiteiten, de medisch-technische activiteiten en de activiteiten van de dagziekenhuizen. Zo zullen we kijken naar de spreiding van de medische activiteiten over de verschillende campussen, zoals momenteel ook al gebeurt voor de campussen Sint-Barbara en Sint-Jan.

Campus Maas en Kempen heeft een specifieke functie voor de regio. Deze willen we optimaliseren in complementariteit met de andere campussen van ZOL. Dit betekent dat we op langere termijn kijken welke activiteiten we best kunnen uitvoeren op welke locatie. 
Ook wat het elektronisch patiëntendossier HiX betreft, zijn de eerste belangrijke stappen gezet voor de implementatie op campus Maas en Kempen. In 2021 gebeurt de volledige implementatie. Artsen moeten op alle campussen in hetzelfde dossier kunnen werken. 

Buiten de fusie met ZMK hebben we ook de eerste stappen gezet voor een nauwere samenwerking met Noorderhart in Pelt - het Mariaziekenhuis en Revalidatie en MS-centrum - door de oprichting van een officieel netwerk en de start van de uitwerking van een zorgstrategisch plan Noord-Oost-Limburg. Werk genoeg op de plank voor 2021.

Dr. Griet Vander Velpen
Medisch directeur